Vraagwinkel

De Vraagwinkel is een van die typische Biekorf-rubrieken, die al decennialang de lezer prikkelen. “Wat je in ‘de vraagwinkel’ (…) aan merkwaardigheden aantreft, is effenaf onthutsend en levert driemaandelijks het onomstotelijke bewijs dat de menselijke nieuwsgierigheid geen grenzen heeft.” Dat zei professor Romain Van Eenoo in zijn lofrede bij de 100ste jaargang van Biekorf toen hij het had over de originaliteit en de uniciteit van Biekorf (jg. 2000, p. 301).

Niet enkel uit nieuwsgierigheid van de vraagsteller, maar ook als bindmiddel met de Biekorf-abonnee. De Vraagwinkel biedt een platform voor wie vastzit in zijn onderzoek of voor wie op iets gebotst is waarover hij zich vragen stelt. De rubriek roept op tot het delen van de eigen kennis door een rechtstreeks appel tot de lezer.

Met behoorlijk succes. Door de band genomen krijgt zowat één vraag op drie een antwoord. Vaak onmiddellijk, maar soms ook pas decennia later. Soms heel kort, in andere gevallen als een artikel op zich. Soms van lezers die voor het eerst in de pen kruipen om een antwoord te formuleren. Op die manier zorgt Vraagwinkel voor een ongeziene interactie tussen een tijdschrift en zijn lezers.

Hebt u een vraag voor Biekorf of weet u het antwoord op een van de gestelde vragen, aarzel dan niet en mail naar ludo.vandamme@telenet.be. Biekorf kijkt uit naar uw vragen en/of uw antwoorden!

  • Schilddragers

    Vraagwinkel 2024-3

    Het bestuur van ambachten in Brugge bestond tijdens het ancien régime meestal uit een deken en een aantal vinders, soms ook nog uit een gouverneur en/of een schilddrager. Wat was de functie van een schilddrager? Ceremonieel, zoals de naam laat vermoeden? Komt deze functie ook voor in ambachtsbesturen van andere steden? (B.)

  • De abdij van Clairvaux

    Vraagwinkel 2024-3

    Tcloostre van Cleervaulx betaalde in de 16de eeuw jaarlijks op Sint-Donaasdag 5 £ aan de stad Brugge, bezet op de oude hallen, verbonden aan het belfort. Betreft het hier de bekende cisterciënzerabdij Clairvaux in Bourgondië? En zo ja, wat had deze abdij te maken met de Brugse stadshallen? (B.)

  • Joannes Dierkens

    Vraagwinkel 2024-3

    In een handschrift van Pieter Le Doulx staat beschreven hoe Joannes Dierkens, kapelaan van de Brugse Onze-Lieve-Vrouwekerk omstreeks 1680 een boecksken tegen de Franschen in het licht stelde. Wie weet meer? (PDB)

  • Dood door lange afwezigheid zonder teken van leven

    Vraagwinkel 2024-3

    Tussen 24 juli 1552 en 24 juli 1553 werd aan het leenhof van de Burg van Brugge het verheffingsgeld betaald voor een klein leen van 2,5 gemeten (1 ha 10 a 92 ca) in Esen. Pierkin, de zoon van Pieter Temmerman, betaalde de 10 pond parisis in opvolging van Clais Temmerman, zoon van Cornille, zijn oom, die a este absent hors du pays par lespasse de vingt ans et davantage, en sorte que depuis son partement lon na eu aulcunes nouvelles seurrer de sa vie (Brussel, Algemeen Rijksarchief, Rekenkamers, 17469, f. 5v). Clais had als minderjarige dit leen in 1523 geërfd van zijn vader, die het op zijn beurt in 1515 had gekocht van Pieter Boidins. Toen de moeder van Pierkin overleed in 1561, werd op 11 november een staat van goed opgesteld, waarin ook de geërfde goederen van Clais Temmerman ter sprake kwamen. Toen werd niet meer gesproken over zijn lange aanwezigheid in het buitenland zonder teken van leven, maar sprak men gewoon over ooms doot (BRUGGE, Rijksarchief, Brugse Vrije Registers, 16525, f. 299). Bestonden er in die tijd regels om mensen die lange tijd niet van zich lieten horen, dood te verklaren? Was twintig jaar een vaste termijn? Zijn er nog gelijkaardige voorbeelden bekend? (Koenraad Vandenbussche)

  • Turf voor spiegels

    Vraagwinkel 2024-3

    In 1556 overleed te Brugge een spiegelmaker ziec wesende vande coortsene, met een mes zittende ende snydende turven om speghelen up te wercken, viel van eenen stoele, qualic wesende, int mes (Brugge, Stadsarchief, Schouwboek, 1554-1584, f. 36). Waarvoor had de spiegelmaker turf nodig? Hoe verliep het productieproces van spiegels? (PDB)

  • Kalkoven in Noordschote

    Vraagwinkel 2024-3

    In 1579 haalde de stad Oostende diverse schepen met kalk bij Jaspar Vergoote in Noordschote (Brussel, Algemeen Rijksarchief, Rekenkamers, 37.402, stadsrekening Oostende 1 april 1579 – 31 maart 1580, f. 37r.). Dit kon relatief vlot gebeuren via de Ieperlee. Toch is het merkwaardig dat de stad zo ver op zoek ging naar kalk. Had Jaspar Vergoote in die jaren een speciale reputatie met zijn kalkoven? Zijn er andere steden die deze grondstof daar bestelden? Was de ondergrond van Noordschote speciaal geschikt voor de productie ervan? (KV)

  • Slingermes

    Vraagwinkel 2024-3

    Magdalena Coene werd in 1555 aangevallen door haar man en verwond met een slynghermesken (Brugge, Stadsarchief, Schouwboek, 1554-1584, f. 10). Maar wat is een slingermes? (PDB)

  • Boterverkoopsters

    Vraagwinkel 2024-3

    De verkoopstallen in het stedelijke boterhuis in Brugge werden in het ancien régime exclusief door vrouwen gehuurd. Wat maakt het verkopen van boter in die tijd tot een vrouwelijk beroep? En geldt dat ook voor andere steden? (B.)

  • De Brugse watermolen

    Vraagwinkel 2024-3

    Galbert spreekt in zijn dagboek over de moord op Karel de Goede in 1127 over de watermolen aan de Molenbrug in Brugge, dus op de eerste omwalling. Dit is een van de oudste vermeldingen van een watermolen in Vlaanderen. Is ook bekend wat er verder van die molen geworden is en wanneer die watermolen daar in onbruik is geraakt? Zijn er iconografische bronnen bewaard? En is de watermeulen in stadsbezit met aanpalend de stedelijke blekerij (der steden bleeckerije) die wordt vermeld in de 16de-eeuwse stadsrekeningen, de opvolger van de molen aan de Molenbrug? (LV)

  • Lithograaf Emmanuel-Joseph Vanderghinste

    Vraagwinkel 2024-3

    Emmanuel-Joseph Vanderghinste werd geboren in Kortrijk op 11 maart 1795. Toen hij op 12 juli 1833 met Amélie Van Lerberghe trouwde, gaf hij als beroep musicien op. Bij zijn overlijden op 12 februari 1855 stond hij bekend als lithograaf. In de porseleinkaartenverzameling van Liberas vinden we 45 kaarten uit zijn atelier, waarvan de huwelijkskaarten dateren van 1843-1844. Hij woonde in de Rue de Tournai in Kortrijk. Zijn zoon Ferdinand zou vanaf 1866 in Ieper uitgever worden van de katholieke kranten Journal d’Ypres en Nieuwsblad van Yperen en het Arrondissement. Is er meer bekend over deze lithograaf, waarvan beweerd werd dat hij als porseleindrukker een internationale reputatie genoot? (KV)